De nieuwe methaanverordening in de EU betekent een sprong voorwaarts. Volgens Martin Hojsík, lid van het Europees Parlement en gespecialiseerd in methaanemissies, zijn er echter nog verschillende onopgeloste problemen in het voorstel.
De EU-instellingen bestuderen momenteel het voorstel van de Europese Commissie voor de nieuwe methaanverordening. Het wordt de eerste alomvattende EU-wetgeving met duidelijke verplichtingen en tijdschema’s voor het monitoren en repareren van methaanlekken en met een verbod op het routinematig afblazen en affakkelen in de energiesector.
De verordening zal worden onderhandeld en goedgekeurd door de Raad van de EU en het Europees Parlement (EP). De EP-commissies zullen naar verwachting in januari 2023 over het verslag van het EP stemmen, waarna in de plenaire vergadering het definitieve standpunt van het EP zal worden vastgesteld. De EU-lidstaten kunnen in de Raad van de EU sneller te werk gaan en vóór het EP overeenstemming bereiken over hun standpunt over de verordening.
Martin Hojsík is a Slovak MEP. He belongs to Renew Europe, a liberal, pro-European political group. Even though Hojsík welcomes the proposal, he has identified several weaknesses that should be fixed now that the EU institutions are processing the regulation proposal.
Betere dekking buiten de EU
“Een van de grootste zwakke punten is de geografische dekking”, zegt Hojsík. De EU importeert 70% van haar steenkool, 97% van haar olie en 90% van haar fossiele gas. Volgens de Europese Commissie wordt 75%-90% van de methaanemissies in verband met het energieverbruik in de EU buiten onze grenzen uitgestoten.
“We moeten daarom zorgen voor gelijkwaardige regelgeving voor alle fossiele energie die in de EU wordt verbruikt”, vervolgt Hojsík. “Transparantiebepalingen voor invoer zijn een goede stap voorwaarts, maar niet voldoende om de methaanemissies in de hele toeleveringsketen te beperken. We kunnen het grootste deel van de methaanemissies in verband met het EU-verbruik niet negeren en ongemoeid laten.”
Zeg ja tegen de beste, gevoeligste en nauwkeurigste technologieën
Hojsík is ook bezorgd over de actualiteit van de verordening: “We moeten ervoor zorgen dat de verordening flexibel genoeg is om zich snel aan te passen en in te spelen op de komende innovatieve technologieën die naar verwachting milieuvoordelen en kostenbesparingen zullen opleveren door het gebruik van de beste, gevoeligste en nauwkeurigste technologieën mogelijk te maken.”
De technologie voor emissiebewaking is de afgelopen jaren snel ontwikkeld.
“Het voorstel van de Commissie om 500 delen per miljoen (ppm) als drempelwaarde vast te stellen, zou leiden tot het gebruik van verouderde technologieën”, aldus Hojsík.
Snellere uitvoering
“Last but not least is een ander zwak punt het trage tijdschema voor de toepassing van de beste bewakings- en rapportagenorm, die achterblijft bij de OGMP 2.0., die veel Europese bedrijven al hebben onderschreven. Het tijdschema moet worden vervroegd.”
De EU heeft zich ertoe verbonden een leider te worden op het gebied van wereldwijde klimaatmaatregelen.
“Daarom hebben we krachtige bepalingen nodig om de verbintenissen van de EU in het kader van de wereldwijde methaanbelofte na te komen of om verder te gaan”, dringt Hojsík aan.
Snelle reparatie
Hojsík volgt de methaanwetgeving op de voet. Renew Europe heeft hem aangewezen als schaduwrapporteur in de Commissie industrie, onderzoek en energie (ITRE) en de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (ENVI) voor de verordening inzake de reductie van methaanemissies in de energiesector. Een schaduwrapporteur is een EP-lid dat namens een andere fractie dan de rapporteur een dossier of EP-verslag volgt. Hojsík heeft een duidelijke visie op de ontwikkeling van het voorstel.
“Het gebruik van meting en rapportage van niveau 5 moet worden toegepast volgens het OGMP 2.0, dat voorziet dat niveau 5 rond 2023 wordt bereikt voor geëxploiteerde activa en rond 2025 voor niet-geëxploiteerde activa. Door de huidige energiecrisis en de klimaatcrisis op lange termijn moeten we gaslekkages snel beperken.”
“Bovendien moeten we ervoor zorgen dat alle lekkende onderdelen zo snel mogelijk worden gerepareerd of vervangen. Er mogen slechts beperkte uitzonderingen zijn op het nemen van onmiddellijke maatregelen; bijvoorbeeld wanneer de onderdelen niet beschikbaar zijn, of in geval van ernstig gevaar voor de veiligheid van personeel of andere mensen in de nabijheid van het gedetecteerde lek.”
Het repareren van lekkende pijpleidingen bespaart geld
Hojsík wijst er ook op dat het voor bedrijven economisch zinvol is om het lekken te beperken, vooral gezien de huidige hoge gasprijzen.
“Methaan heeft commerciële waarde: het extra afgevangen methaan kan vaak direct in geld worden uitgedrukt. Zelfs het Internationaal Energieagentschap (IEA) bevestigt dat emissiebeperkingen economische besparingen kunnen opleveren of tegen lage kosten kunnen worden uitgevoerd”, benadrukt hij.
Hoewel verschillende bedrijfsgroepen vragen om meer flexibiliteit in de termijnen voor lekdetectie en -reparatie (LDAR) en om hogere drempels voor lekdetectie, erkent Hojsík dat verschillende groepen de tegenovergestelde richting uitgaan.
“Er zijn bedrijfsgroepen die alle mogelijkheden van gasbesparing en het stimuleren van technologische ontwikkeling in Europa inzien.”
Commentaar van Maria Kuosa, CEO van Aeromon
De Europese Unie werkt aan de belangrijke doelstelling om haar methaanuitstoot aanzienlijk te verminderen. Volgens het rapport van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering (IPCC) is methaan als broeikasgas 82,5 keer krachtiger dan kooldioxide over een periode van 20 jaar. Het is verantwoordelijk voor 25% van de opwarming van de aarde. Het identificeren, kwantificeren en minimaliseren van bronnen van methaanemissies in de hele energiesector is van cruciaal belang om de EU-doelstelling van klimaatneutraliteit tegen 2050 te halen.
In het nieuwe EU-voorstel voor een methaanverordening zijn er echter nog verschillende onopgeloste problemen. Deze moeten worden opgelost nu het Europees Parlement en de Raad van de EU werken aan de goedkeuring van de dringend noodzakelijke nieuwe wetgeving.
De EU moet de beste beschikbare technologieën gebruiken om onbedoelde emissies tot een minimum te beperken. De Commissie heeft het voorstel gebaseerd op technologische beperkingen die niet meer bestaan. De technologie voor het opsporen van methaan heeft zich de afgelopen jaren snel ontwikkeld, waardoor betere apparaten en methoden beschikbaar zijn gekomen. Grote industriële spelers hebben nieuwe oplossingen getest en toegepast, en deze hebben zich dus bewezen.
In het huidige voorstel moeten lekken van meer dan 500 delen per miljoen (ppm) op korte termijn worden verholpen. Het is echter van cruciaal belang dat de verordening de eis bevat om alle opgespoorde lekken binnen een redelijke termijn te repareren. De Commissie gaat ervan uit dat een optical gas imaging (OGI)-camera alleen lekken van 500 ppm met de gewenste betrouwbaarheid kan waarnemen. Hoewel OGI een waardevolle en nuttige technologie is, detecteert moderne snuffeltechnologie reeds aanzienlijk kleinere lekken op siteniveau.
Het is cruciaal dat de verordening een vereiste bevat om alle gedetecteerde lekken binnen een redelijke termijn te repareren. Kleine lekken kunnen snel uitgroeien tot grote lekken, maar die kunnen worden voorkomen met een goede controle. Het gehele industrieterrein moet ook volledig worden gemeten, zelfs de moeilijk bereikbare plaatsen, en voor de top-downmetingen of metingen op locatieniveau moet een massastroom als drempel worden gebruikt, en niet concentratiewaarden zoals nu wordt voorgesteld.
De technologieën voor betrouwbare kwantificering bestaan al en het is tijd om ze op grotere schaal toe te passen. De nieuwe EU-verordening moet onze verbeterde mogelijkheden weerspiegelen.